Geen werk, geen eten

Het is een simpel huisje, in een arme wijk aan de rand van miljoenenstad São Paulo. Een keukentje en een slaapkamer, meer is het niet. Ik loop er al bijna aan voorbij als mijn cameraman plotseling het huisnummer ziet staan. Gewapend met mondkapjes, rubber handschoenen en ontsmettingsmiddel stappen we het kleine erf voor het huisje op.

Tânia, alleenstaande moeder van drie kinderen en de vrouw des huizes komt ons tegemoet. Op gepaste afstand blijven we staan. Het voelt enorm gek. Het allereerste wat ik normaal gesproken doe in dit soort situaties is iemand een kus en een knuffel geven. Dat is hier de normaalste zaak van de wereld. Zelfs een handdruk is eigenlijk al te afstandelijk als een Braziliaan je in z’n huis uitnodigt.

Nu moet ik het ijs zien te breken op anderhalve meter afstand terwijl een groot deel van mijn gezicht schuil gaat achter een mondkapje. Ik hoop maar dat mijn glimlach ook in mijn ogen te zien is.

Als je mijn cameraman en mij met onze mondkapjes wegdenkt, lijkt alles verder eigenlijk best normaal. Tânia’s dochter Dandarah van acht en zoon Pablo van elf schommelen in de hangmat. Dochtertje Niara van vier maanden oud kraait van plezier als er gekke bekken naar haar worden getrokken. Maar normaal is Tânia’s situatie op dit moment allerminst.

Rijk is ze nooit geweest, maar door haar freelance werk als schoonmaakster lukte het Tânia de laatste jaren prima om haar gezin van voldoende en gezond eten te voorzien. Door de coronacrisis was dat plotseling voorbij. Het enige dat ze nu nog krijgt is ongeveer vijftig euro kinderbijslag per maand. Lang niet genoeg om al haar kinderen te geven wat ze nodig hebben.

Alleen de kleine Niara krijgt bijvoorbeeld melk. Dandarah en Pablo moeten het doen met rijst en bonen en soms wat pasta. Dag in dag uit. Ontbijten zit er meestal niet in. “Het is triest om te moeten kiezen wie van je kinderen melk krijgt”, vertelt Tânia in haar piepkleine keukentje, waar we grote moeite moeten doen om toch anderhalve meter afstand te bewaren.

Tânia is uiteraard lang niet de enige in deze situatie. Miljoenen Brazilianen hebben door de coronacrisis van de ene op de andere dag problemen om voldoende eten op tafel te zetten. Sterker nog, ik zou eigenlijk bij een andere familie op bezoek gaan. Bij hen komt sinds het begin van de crisis letterlijk nul euro meer binnen. Geen werk betekent dus geen eten. Tot overmaat van ramp werd hun achttienjarige dochter een dag voor mijn bezoek plotseling ziek. Het risico was te groot, voor de gezondheid van mijn cameraman en mezelf en voor die van de familie.

Mijn grootste angst is ook juist dat ik de mensen bij wie ik langs ga toch besmet. Ondanks alle voorzorgsmaatregelen. Want juist zij zijn van het publieke zorgstelsel afhankelijk, wat vergeleken met het dure particuliere stelsel in Brazilië een verschil van leven of dood kan betekenen. Tegelijkertijd wil Tânia graag haar verhaal vertellen.

Wat extra frustrerend is, is dat de beloofde financiële noodhulp bij veel van dit soort gezinnen niet aankomt. De overheid heeft ongeveer honderd euro per maand beloofd voor informele arbeiders. Maar ik hoor van allerlei kanten dat bij veel mensen de aanvraag voor die noodhulp nog altijd ‘in analyse’ is, bijna zes weken nadat ze zonder werk kwamen te zitten.

Tânia houdt zich intussen groot, ook voor haar kinderen. “Ik ben bang dat als ik stop met focussen op overleven, dat het me dan allemaal teveel wordt. En dan zijn we nog verder van huis.”

Deze column verscheen op 30 april 2020 op de website van RTL Nieuws


Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s