Geen leven zonder coca

Het zweet gutst aan alle kanten langs m’n lichaam en mijn gympen zakken bij elke stap dieper weg in de modder. Langzaam maar zeker klimmen we over een smal paadje omhoog door de Colombiaanse jungle. Het voelt alsof ik aan het einde van de wereld ben beland.

Toch doemt er uiteindelijk een eenvoudig huisje op. Er staan zelfs wat koeien naast en een paar honden ligt luierend in de schaduw. Hier woont boer José samen met zijn vrouw en vijf kinderen. Net als veel andere Colombiaanse boeren leeft hij van de illegale cocateelt.

Hij neemt me mee naar het stukje land waar zijn cocaplanten staan. Simpele struikjes van ongeveer een meter hoog. Het is bijna niet voor te stellen dat deze planten zoveel oorlog, geweld en andere ellende veroorzaken. Maar voor José betekenen de cocablaadjes ook iets anders: overleving. Op deze afgelegen plek, waar bijna geen normale wegen zijn, is de cocateelt de enige manier waarop hij zijn familie in leven kan houden.

José neemt me mee naar wat ze het ‘laboratorium’ noemen, nog dieper verscholen in de jungle. De geur hier is intens en blijft hangen in mijn neus, in mijn kleren en in mijn haren. Onder een plastic afdak worden de cocablaadjes eerst helemaal fijngemalen. Daarna worden ze vermengd met onder andere ammoniak, cement en benzine.

Wat er na dit chemische proces uiteindelijk overblijft is cocapasta, het basisproduct voor cocaïne. Die cocapasta verkocht José jarenlang aan de linkse guerrillabeweging FARC. Maar dat is sinds kort voorbij. Na meer dan een halve eeuw burgeroorlog tekenden de rebellen van de FARC eind vorig jaar een vredesakkoord met de Colombiaanse regering.

In het akkoord sprak de FARC onder meer af dat ze voor het einde van deze maand in speciale demobilisatiezones hun wapens zullen inleveren. En dat ze zich terugtrekken uit de drugshandel, waarmee ze hun jarenlange strijd tegen de Colombiaanse regering financierden.

Toch betekent dat nog niet het einde van de cocaproductie, hoewel de Colombiaanse overheid dat wel graag zou willen. In het vredesakkoord beloofde de regering dat boeren zoals José zouden worden geholpen om over te stappen op andere gewassen, zodat ze daar ook daadwerkelijk van kunnen leven. Maar José heeft tot nu toe nog geen enkele hulp ontvangen.

Doordat de overheid schittert in afwezigheid op het platteland zijn andere gewapende groepen bovendien in het gat gesprongen dat de FARC achterliet. En dat zorgt voor veel nieuwe spanningen. “Toen de FARC er nog was, was het veel rustiger. Er was veel meer vertrouwen”, vertelt José. Maar voor de criminelen die nu de macht hebben in het gebied is hij een stuk banger.

Hij is niet de enige. De angst is op het platteland van Colombia nog volop aanwezig. Sinds de ondertekening van het vredesakkoord zijn er al tientallen lokale leiders en activisten vermoord, vermoedelijk door paramilitairen. Juist de mensen die het hardst werken aan vrede worden door hen als dwarsliggers gezien en bedreigd of uit de weg geruimd.

Ook voor boeren zoals José is het gevaarlijk: “Ik moet enorm oppassen. Om hier te kunnen overleven, moet ik me aanpassen. Anders lukt het niet.” Hij realiseert zich dat het juist de coca is die zorgt voor geweld. Maar een leven zonder de kleine groene blaadjes zit er voor hem voorlopig nog niet in.

Deze column verscheen op 5 mei 2017 op de website van RTL Nieuws


Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s