Bij ons is het al de gewoonste zaak van de wereld. Ryanair is er groot mee geworden en ook bij Europese vluchten van KLM ontkom je er tegenwoordig niet meer aan: betalen voor je koffers als je gaat vliegen. Alleen handbagage meenemen kan natuurlijk. Maar ik heb ook wel eens bij een gate van Ryanair gestaan terwijl mijn kleine rolkoffer net twee centimeter te groot bleek. Kon ik een paar tientjes betalen om toch nog met bagage en al mee te mogen met de vlucht.
Daar heb ik tegenwoordig geen last meer van. Want nergens ter wereld mag je zoveel kilo’s bagage meenemen als in Brazilië. Op internationale vluchten zelfs twee koffers van 23 kilo per stuk. Gratis en voor niets. En dat komt me eerlijk gezegd erg goed uit.
Vandaag vlieg ik weer naar huis na een bezoek van ruim twee weken aan Nederland. En net als collega Erik Mouthaan, die vorige week al zijn boodschappenlijstje beschreef, sla ik ook altijd mijn slag in de Nederlandse supermarkt. Ik voel me er tegenwoordig altijd als een kind in een snoepwinkel. Vooral kaas en drop gaan in grote hoeveelheden mee in mijn koffers.
Maar er verdwijnt niet alleen veel eten in mijn bagage. Ook kleding, elektronica en zelfs contactlenzen sleep ik mee uit Nederland. Ik begrijp Brazilianen die op enorme winkeltrips naar de Verenigde Staten gaan steeds beter. Want in Brazilië zijn sommige dingen wel twee keer zo duur. En als producten al goedkoper zijn, dan zijn ze vaak van slechte kwaliteit. Zo kocht ik vorig jaar een goedkope Braziliaanse kast die nu alweer bijna in elkaar dondert. Waar is de IKEA als je hem nodig hebt?
Dat ik al die kilo’s uiteindelijk gratis mag meenemen komt trouwens niet omdat de luchtvaartmaatschappijen in Brazilië zo lief zijn voor hun klanten. Het staat simpelweg in de Braziliaanse wet. En daardoor moeten ook buitenlandse maatschappijen voor hun Braziliaanse klanten een uitzondering maken. Anders mogen ze niet landen in Brazilië.
Echt eerlijk is het niet. Want iedereen die in Amsterdam zijn retourreis begint mag maar 23 kilo mee, terwijl alle passagiers van mijn vlucht die naar huis gaan 46 kilo mogen inchecken.
Het klinkt bijna te mooi om waar te zijn. En dat is het eigenlijk ook een beetje. Want de maatschappijen moeten natuurlijk ergens hun geld mee verdienen. Dat betekent dat vliegen in Brazilië vaak een stuk duurder is dan in Europa of de VS. Op die manier betalen de passagiers toch nog voor hun koffers.
De luchtvaartmaatschappijen hopen op een verandering van de wet, waardoor ze uiteindelijk beter kunnen concurreren. Maar zover is het nog steeds niet gekomen. En dus sta ik vandaag ‘gewoon’ met ruim veertig kilo op Schiphol. Met dank aan de Braziliaanse wet kan ik de komende maanden in ieder geval weer genieten van heerlijke Nederlandse dropjes en kaas.
Deze column verscheen op 16 oktober 2014 op de website van RTL Nieuws.
Sandra Korstjens 