Liefde gaat door de maag

Als je in Latijns-Amerika lekker wilt eten, kun je naar Argentinië gaan voor rood vlees met goede wijn, naar Peru voor heerlijke ceviche, of natuurlijk naar Mexico voor zo’n beetje alles wat ze daar eten. Maar naar Brazilië? Een jaar geleden, toen ik hier nog maar net woonde, was ik niet bepaald een groot fan van de lokale keuken. Het favoriete kostje van de gemiddelde Braziliaan is bonen met rijst. Niet echt mijn ding. En verder vond ik het eten te vet, smaakloos, niks bijzonders eigenlijk.

Aangezien ik gek ben op lekker eten, was dat toch een beetje een domper. Een land kan nog zo mooi zijn en de mensen heel aardig, maar als het eten niks is ben ik stiekem toch altijd een beetje teleurgesteld. Maar nu ik hier wat langer woon en het land en de keuken steeds beter heb leren kennen, moet ik toegeven dat het eten toch een stuk beter is dan ik in het begin dacht. Oké, voor goede wijn kun je toch echt beter naar Buenos Aires gaan, maar Brazilië kent fantastische gerechten en unieke producten. En dan heb ik het niet over de beroemde ‘pão de queijo’, een Braziliaans kaasbroodje dat mensen die hier op vakantie zijn geweest waarschijnlijk wel kennen.

Wat betreft vlees doet Brazilië eigenlijk niet onder voor de zuiderburen. Net als de Argentijnen houden de Brazilianen van veel en rood vlees. Eén van de populairste stukken rundvlees is picanha, oftewel staartstuk. De lekkerste manier om picanha te eten is in mijn ogen ‘no rechaud’. Je krijgt dan een soort grilplaat op je tafel met kleine stukjes vlees. Voor de grote eters zijn er ook nog de churrascarias waar je vaak de ‘rodizio’ kunt nemen. Een all-you-can-eat concept, waarbij obers met schalen vlees langskomen en voor een vaste prijs je bord blijven volladen.

Picanha no rechaud
Picanha no rechaud

Maar ook visliefhebbers kunnen in Brazilië hun hart ophalen. Naast alle heerlijke vis uit de Amazone, kun je hier ook heel erg goed sushi eten. Wat veel mensen niet weten is dat São Paulo namelijk de grootste Japanse gemeenschap ter wereld buiten Japan heeft. De sushi is meestal erg goed, maar soms wel een beetje verbraziliaanst, met roomkaas en aardbeien bijvoorbeeld.

De Brazilianen zijn namelijk gek op fruit en dat is niet zo vreemd. Er groeien hier ontelbaar veel soorten vruchten. Van exotische soorten waar ik eerder nog nooit van had gehoord, zoals capuaçu, acerola en graviola, tot gewone watermeloenen, ananassen en mango’s. Het aanbod is eindeloos. Onmisbaar in elk Braziliaans huishouden is dan ook de blender, om fruitsmoothies te maken. Een populaire combinatie en mijn persoonlijke favoriet is ananas met munt: een aanrader!

De Brazilianen gooien trouwens meestal wel een enorme lading suiker in hun verse sap. Net als bij de populaire gepureerde açaí-bessen, een lekkernij waar vrijwel iedereen hier gek op is. Overigens is die toegevoegde suiker bij de açaí noodzakelijk. Zonder is het niet te eten, want açaí-bessen zijn heel erg zuur. De açaí is een klein rood besje dat in de Amazone groeit en ontzettend gezond is. De bes zit vol met antioxidanten en zou goed zijn voor je spijsvertering, je haar, je huid: alles eigenlijk. Maar goed, in combinatie met een kilo suiker is het misschien wat minder gezond…

Net als de caipirinha’s, de beroemde Braziliaanse cocktails. Die zijn natuurlijk ook niet goed voor je, maar ze zijn te lekker om te laten staan. En genieten mag best toch? Want uiteindelijk is het zo simpel: liefde gaat door de maag. Ook de liefde voor een land. En wat dat betreft houd ik steeds meer van Brazilië.

Deze column verscheen op 20 oktober 2013 op de website van RTL Nieuws.


Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s