Liefde, vrede en een betere president

Het past misschien niet helemaal binnen de kerstgedachte. Deze dagen horen natuurlijk te draaien om vrede en verbondenheid. Maar mijn kerstwens voor de Venezolaanse president Nicolas Maduro is eerlijk gezegd weinig vredelievend dit jaar. Daarvoor zag ik te veel ellende uit zijn land komen.

Als correspondent Latijns-Amerika kon ik de crisis in Venezuela niet vermijden dit jaar. Een groot deel van mijn verhalen ging dan ook over de problemen die er door jarenlang economisch wanbeleid zijn ontstaan: enorme tekorten aan voedsel en medicijnen en een munt die niets meer waard is.

Ik sprak met tientallen Venezolanen: Sonia, Yenni, Zeus, Lenin, Rose, Natalia, Celis, Anthony, Maira, Yully, en nog veel meer lieve mensen. Allemaal hadden ze intens verdrietige verhalen. Over honger, angst en wanhoop.

In maart bezocht ik het Colombiaanse grensstadje Cúcuta. Ik kwam in het ziekenhuis de Venezolaanse Hector en zijn moeder tegen. De 33-jarige diabetespatiënt was daar meer dood dan levend aangekomen. Simpelweg omdat hij in zijn thuisland geen insuline meer kon kopen. Zijn zusje was al overleden. “Ze had al vier dagen geen insuline gehad en raakte in een coma”, vertelde hun moeder snikkend. Hector staarde voor zich uit. Ik wilde hen troosten, maar kon de juiste woorden niet vinden.

De dappere 74-jarige Nereida, die ik in mei in de Venezolaanse hoofdstad Caracas sprak, was compleet afhankelijk geraakt van haar kinderen. Twee van hen woonden al in het buitenland en konden hun moeder gelukkig medicijnen voor de ziekte van Parkinson opsturen. Haar pensioen was namelijk niets meer waard door de hyperinflatie in Venezuela. Maar het afscheid van haar kinderen was haar zwaar gevallen: “Ik kreeg een paniekaanval en lag dagenlang verlamd in m’n bed.”

Zelfs in ons eigen Koninkrijk, op Curação, zag ik het resultaat van Maduro’s beleid. Duizenden Venezolanen zijn naar het eiland gevlucht. Zoals jurist ‘Pablo’, een schuilnaam, die het niet eens was met het repressieve beleid van de Venezolaanse president en net als een aantal collega’s zijn mond opentrok. Toen sommige collega’s vervolgens werden opgepakt, besloot hij te vluchten. Maar op Curaçao gaat met de opvang van mensen zoals ‘Pablo’ van alles mis. En dus leeft hij nu verder als illegaal.

Helaas weet ik niet van iedereen hoe het nu met ze gaat. Maar met sommige Venezolanen heb ik nog steeds contact. Daardoor zie ik gelukkig dat er soms ook hoop is. Zo was de 23-jarige Angel in maart nog een dun hoopje ellende. Hij was in twee jaar tijd ruim dertig kilo afgevallen en samen met zijn schoonvader de grens met Colombia overgestoken, op zoek naar werk. Zijn vrouw en hun tweejarige zoontje had hij moeten achterlaten in Venezuela.

“Het maakt me niet uit wat voor werk ik doe. Het belangrijkste is dat ik voor eten kan zorgen en m’n familie kan ondersteunen zodat ze zich geen zorgen hoeven maken”, vertelde Angel. En dat heeft hij gedaan. Want vorige maand kreeg ik een blij bericht vanuit de Colombiaanse stad Medellín. Het was hem na maandenlang keihard werken eindelijk gelukt om zowel zijn vrouw als zoontje naar Colombia te halen.

Deze week plaatste president Maduro een video op Twitter. ‘Een boodschap van liefde en vrede voor mijn geliefde Vaderland’, schreef hij erbij. ‘Vrolijk kerstfeest Venezuela!’ Ik kon alleen maar denken aan Angel en al die andere Venezolanen die ik dit jaar sprak. Ik wens hen ook alle liefde en vrede toe voor 2019. Maar ik gun ze vooral een betere president.

Deze column verscheen op 27 december 2018 op de website van RTL Nieuws


Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s